Mr. Frank Visser lost al jarenlang de problemen van ruziënde buren op. Maar ondertussen heeft hij ook te maken met eigen leed. Zijn vrouw lijdt aan de ziekte van Alzheimer en in zijn biografie die deze week uitkomt, vertelt hij er voor het eerst over.

De biografie van Mr. Frank Visser Met vallen en opstaan – van gewone jongen tot televisierechter komt deze week uit. De televisierechter vertelt daarin onder andere over zijn jeugd en carrière maar ook over de ziekte waar zijn vrouw aan lijdt.

Alzheimer
De vrouw van Mr. Visser kreeg in 2019 de diagnose Alzheimer. ,,De heer Alzheimer had bij ons aangebeld en was niet van plan ooit nog te vertrekken”, valt in de biografie te lezen. Frank had graag de ziekte van zijn vrouw overgenomen. ,,Wat had ik graag gewild dat ik degene was die door deze ziekte was getroffen. Maar het lot had anders besloten. Mijn liefste vrouw Margot was het slachtoffer.”

Afscheid
Uiteraard helpt Frank zijn vrouw waar hij kan. Maar omdat ze snel achteruit gaat, woont ze inmiddels in een tehuis gespecialiseerd in dementiezorg. Het afscheid was volgens de televisierechter, die eerder ook zijn moeder verliest aan de ziekte, hartverscheurend. ,,Ook ben ik een paar nachten bij haar blijven slapen, samen in het nieuwe bed. De hond mocht mee. Maar toen kwam het afscheid. Na meer dan veertig jaar huwelijk. Ze snapte het niet. ‘Het bed is toch groot genoeg voor ons tweeën!”’

Ontsnapping
Ondertussen ging het werk gewoon door. ,,En dat was maar goed ook”, zegt hij daarover. ,,De dagen waarop ik opnames maakte, voelden als een ontsnapping. Het leven is vaak, maar niet altijd, een feest geweest.”

Geen afscheidsboek
Praten over de ziekte van zijn vrouw is voor Mr. Visser nog altijd moeilijk, zo laat hij weten in gesprek met weekblad Privé. Ook laat hij weten dat hij voorlopig nog wel op de televisie te zien zal zijn. ,,Ik heb geen afscheidsboek willen schrijven. Ik ben de zeventig gepasseerd en dan is het logisch dat je terugkijkt op je leven. Maar ik blijf met veel plezier de uitzendingen maken. Ik geniet ervan!”

Bron: